header foto header foto header foto header foto header foto
 

Jongste Jeugdhockey

Jongste Jeugdhockey is het hockeyspel voor kinderen vanaf 6 jaar t/m ongeveer 10 jaar. Er wordt in kleine groepjes van 3, 6 of 8 kinderen gespeeld met aangepaste spelregels. Daarnaast wordt de grootte van het speelveld per categorie aangepast. 3-tallen spelen op een 1/8 veld, 6-tallen op een 1/4 veld en 8-tallen op een 1/2 veld. Bij de 3-tallen speelt men met 4 doeltjes om ervoor te zorgen dat de kinderen breed leren te spelen. Bij de 6- en 8-tallen gaat men over naar 2 doelen ter voorbereiding op het elftalhockey.


Met Jongste Jeugdhockey willen we de kinderen op een plezierige, veilige en dynamische manier leren hockeyen. Hierbij houden we rekening met het ontwikkelingsniveau van de kinderen, om ze zo stap voor stap voor te bereiden op het elftalhockey.


Jongste Jeugdhockey is een verzamelnaam voor:

- De F-jes, 3-tal hockey

- De E-tjes, 6-tal of 8-tal hockey


Jongste Jeugdhockey moet gezien worden als een speel- en leerperiode. Het is de opbouw op weg naar elftalhockey. Eerst worden er wedstrijdjes van 3 tegen 3 gespeeld, daarna 6 tegen 6 en 8 tegen 8. Winnen of verliezen is hierbij van ondergeschikt belang.


Informatie vanuit KNHB

Als Jongste Jeugd-commissie van de vereniging draag je er zorg voor dat de drie kernwaarden van de Jongste Jeugd centraal staan bij alle teams in de F- en E-categorie die spelen in 3-, 6- en 8- tallen binnen jouw vereniging. De taken van de Jongste Jeugdcommissie lopen uiteen van het plaatsen van kinderen in de teams, het inschatten van het niveau van de teams, het zorgen voor een teambegeleider op ieder team, goed voorbereide spelbegeleiders op iedere wedstrijd en de communicatie met andere verenigingen en de Jongste Jeugd-commissie van het district.


Wanneer de Jongste Jeugd op hockey gaat, zullen ze spelenderwijs leren hockeyen en wedstrijdjes gaan spelen. Zodra ze mee gaan doen aan de competitie worden er poules gevormd van 4, 6, 8 of 10 teams. Zij spelen in vier periodes, waaronder in de winterperiode (indien dit wordt aangeboden) een midwintercompetitie (MWC) of een zaalhockeycompetitie. 

Globaal zijn de periodes als volgt: Periode 1: september tot herfstvakantie (oktober) Periode 2: herfstvakantie tot december Zaalhockey/MWC: december tot februari Periode 3: maart tot juni Tussen deze periodes vindt (over het algemeen) een herindeling plaats, zodat rekening gehouden kan worden met de ontwikkeling van de kinderen. 

Op basis van de behaalde resultaten en informatie over de kinderen/teams die jullie doorgeven worden de teams opnieuw ingedeeld. Op deze manier spelen teams van gelijk niveau zoveel mogelijk tegen elkaar en worden zo leuk mogelijke wedstrijden gespeeld met een zo klein mogelijk niveauverschil.


De rol van de ouders

De hockeyvereniging kan alleen maar draaien met veel inzet van de ouders. Dat kan op verschillende manieren, bijvoorbeeld door een bijdrage te leveren als coach of (hulp)trainer, teammanager, spelleider, lid van een commissie of door te helpen bij het organiseren van activiteiten. Ben je geïnteresseerd in een van bovenstaande rollen meld je dan aan via [email protected]


Hockey is een teamsport. Door afwezig te zijn tijdens trainingen of wedstrijden dupeer je je teamgenoten. Zorg er dus voor dat uw kind alleen in het uiterste geval een training of wedstrijd moet missen en meldt dit indien mogelijk vooraf bij de trainers of coaches.

Wij hebben sportiviteit hoog in het vaandel staan. Ouders en andere supporters laten zich nooit negatief uit over spelleiders, coaches of het getoonde spel. Enthousiast aanmoedigen is natuurlijk altijd goed.


Wat heb ik nodig voor de training

  • bitje (zonder bitje geen training en geen wedstrijd)
  • scheenbeschermers (zonder scheenbeschermers geen training en geen wedstrijd)
  • hockeystick op de juiste lengte (op de club zijn er sticks te leen voor de eerste 4 trainingen)
  • hockeyschoenen geschikt voor kunstgras
  • makkelijk zittende kleding waarin je goed kunt bewegen.


Hoe bepaal je de juiste lengte van je hockeystick?

Een hockeystick die de juiste lengte heeft zal het spelletje makkelijker maken. Maar hoe lang moet de stick precies zijn? Veel hockeywinkels die een stick verkopen aan een jeugdlid hanteren de regel dat een stick de juiste lengte heeft wanneer de stick vanaf de grond tot aan de navel reikt.


Dit is echter niet de beste methode


De houding die een kind aanneemt als de stick tot de navel komt, is niet de juiste houding om te hockeyen. Door een te lange stick staat een kind te recht op (rechte rug en knieën en met de armen recht naar beneden). Hierdoor ligt de bal heel dicht bij de voeten en moet er veel met het hoofd worden bewogen om te kijken waar je heen moet tijdens het rennen met de bal. 


De juiste lengte van een hockeystick:

De stick moet met de bovenkant in de oksel geplaatst worden. Wanneer de krul dan op gelijke hoogte is met de knieën is het de juiste lengte. Door de goede lengte van de stick wordt een kind in de juiste hockeyhouding gebracht en zal het hockeyspel een stuk makkelijker worden.


Bij de juiste lengte van de hockeystick zal je zien dat een kind over de bal heen naar de rest van het veld kan kijken en dus alleen met zijn ogen hoeft te draaien om meer zicht op de bal te krijgen.


Wat te doen met de zojuist gekochte (net iets te lange) stick.

Hier zijn 2 oplossingen voor:

  • De stick in de kast zetten en wachten tot dat het kind de juiste lengte heeft.
  • Een stukje van de stick afzagen zodat de stick de juiste lengte krijgt.


Let wel, een te lange stick is niet fout! Wel erg onhandig.